Kunstenaars
Galerie/kunsthandel 'De Vier Gemeten' is gespecialiseerd in Zeeuwse beeldende kunstenaars uit de periode 1900-1960, in kunsthistorisch opzicht de meest interessante periode. Het later zo geroemde Zeeuwse licht werd door honderden kunstschilders uit binnen- en buitenland, die voor kortere of langere tijd op Walcheren 'De tuin van Zeeland' verbleven, vastgelegd in vele verschillende stijlen.
De nationaal en internationaal bekendste schildersbent was ongetwijfeld de jaarlijks in Domburg terugkerende groep schilders en schilderessen rond de grote kunstvernieuwer en inspirator Jan Th. Toorop (1858-1928). Zij verkondigden als eersten de faam van het Zeeuwse licht en vanaf 1911 tot 1921 werden er vrijwel jaarlijks, alleen in 1918 niet, in de zomer verkooptentoonstellingen georganiseerd in deze modaine badplaats aan de Zeeuwse kust.
Jan Toorop, 1907
De beroemde foto uit 1911 van het tentoonstellingsgebouw van de Domburgse Groep met als derde van links Jan Toorop
In de schaduw van deze Domburgse Groep nijverde een andere groep schilders en schilderessen die Veere als domicilie kozen. Over het algemeen waren zij kunstenaars die betoverd waren door het 'Veerisme', een ongeneeslijke verliefdheid op het mooie stadje Veere. Zij vormde de kern van een kunstenaarskolonie die grotere bekendheid genoot in België en Engeland en ver daarbuiten, dan in Nederland.
Met recht verdienen zij daarom de eretitel van Veerist en Veerse Joffer. Een grote groep Passanten en Varende Schilders zou in hun voetstappen volgen. Men moest tenminste éénmaal in Veere geschilderd hebben, was toentertijd het kunstenaars-credo. De Veerse kunstenaars-kolonie was daardoor zeer internationaal georiënteerd.
Maar naast Domburg en Veere was er meer te doen op Walcheren. In de havenstad Vlissingen vestigde zich tijdens de Eerste Wereldoorlog het Vlaamse kunstschildersechtpaar G.A.M. (Gerard) Jacobs (1865-1958) en Josephina Hendrickx (1885-1971). Zij werden de oprichters van de Kunstkring 'Het Zuiden' (1920-1942) en de grondleggers van het Scheldeluminisme .
Gerard Jacobs (met baard) 70 jaar, 1935
Zoutelande, ca. 1900
Het bestuurscentrum van de Zeeuwse provincie en de hoofdstad van Zeeland, Middelburg, was van oudsher de belangrijkste verblijfplaats en inspiratiebron voor kunstschilders in Zeeland. In het bijzonder in de 19e en eerste helft van de 20e eeuw was er sprake van grote artistieke bedrijvigheid.
Middelburgse teekenacademie, 1787
Vermeldenswaard zijn Cornelis Kimmel (1804-1877), A.M. Geijp (1855-1926), Corn. J.W. Nuys (1854-1941), Jacob H. Hollestelle (1858-1920), J.F. Schütz (1817-1888) en zijn zoon W.J. Schütz (1854-1933), de Mauvist Herman J. van der Weele (1852-1930) en de jong overleden schilder van het mondaine leven Geert H. Grauss (1882-1929).
Reimond Kimpe, ca. 1930
De komst van de Vlaamse kunstschilder R.J.P. (Reimond) Kimpe (1885-1970) in 1920 naar Middelburg is bekend. Hij zou de rest van zijn arbeidzame leven in Middelburg blijven wonen en werken.
1e Zeeuwse Kunstenaarskring, 1955
Joost Bakker.